17 februari 2015

PvdA op werkbezoek naar het Zeemanshuis

Wie aan Rotterdam denkt, denkt uiteraard aan de haven. Die haven is echter steeds meer uit het centrum van de stad aan het verdwijnen. De hal waar vroeger de grootste cruiseschepen aankwamen, staat inmiddels letterlijk in de schaduw van de wolkenkrabbers. En waar Katendrecht vroeger berucht en beroemd was in de maritieme wereld, kan nu een culinair plein worden gevonden.

Toch verblijven nog jaarlijks 600.000 zeevarenden in Rotterdam, om in te schepen of tijdelijk te verblijven voor een volgende klus. Logisch dat Europarlementslid Agnes Jongerius naar de Maasstad toog, samen met gemeenteraadslid Carlos Goncalves en kandidaat voor de Provinciale Staten, Menno Siljee. Doel was om te bekijken wat de stad zeevarenden heeft te bieden, maar ook om vast te stellen hoe het met de rechtspositie van hen gesteld is. “Juist in deze tijden van globalisering, wanneer bedrijven elkaar steeds vaker beconcurreren op arbeidsvoorwaarden, is het van belang dat in grensoverschrijdende beroepen duidelijkheid bestaat over welke rechten je hebt als werknemer. Dit geldt ook voor zeevarenden, die niet uitgesloten mogen worden van Europese sociale wetgeving”, aldus Agnes Jongerius. Overigens beperken deze arbeidsvoorwaarden zich niet tot salaris alleen, maar ook voorzieningen voor de zeevarenden in de havens zelf.

De Partij van de Arbeid spreekt liever mét zeevarenden dan óver zeevarenden, vandaar dat het gezelschap op werkbezoek is gegaan naar het Zeemanshuis. Daar werd uitvoerig gesproken met de directeur van deze sinds 1852 bestaande voorziening. Met name na de Tweede Wereldoorlog heeft de PvdA zich sterk gemaakt voor de sociale positie van de zeeman, wat resulteerde in de huidige locatie aan de Willemshaven. Helaas gaat deze voorziening in de zeer nabije toekomst in deze vorm verdwijnen en zal het pand per 1 september grotendeels door studenten van het Scheepvaart- en Transportcollege bewoond gaan worden. “Er zullen nog wel voorzieningen gehandhaafd blijven, maar wel in een andere vorm dan onze mensen gewend waren”, aldus directeur Arend Boer.

Redenen voor het verdwijnen van het Maritime Hotel Rotterdam, zoals het Zeemanshuis officieel heet, zijn het stopzetten van gemeentelijke en Rijkssubsidies eind vorige eeuw en de heftige concurrentie op de hotelmarkt, een beeld dat bevestigd werd door raadslid Goncalves. “Inmiddels kunnen mensen in Rotterdam-West al een kamer huren voor nog geen 25 euro per nacht.” Niet alleen de prijs van de kamers werkt concurrerend, maar ook het fors gestegen aantal hotelkamers in de stad. Voor statenkandidaat Siljee reden om, in navolging op wat de PvdA voor plannen voor de detailhandel heeft, ook op provinciaal gebied een regie op dit vlak te bepleiten. “Het moet niet zo zijn dat gemeenten los van elkaar hotelkamers binnen hun grenzen realiseren en op deze manier zorgen voor teveel druk op de branche.”

Hierna werd uitgebreid gesproken met zeevarenden uit Spanje, Oekraïne en de Filipijnen. In het algemeen zijn deze tevreden, maar wordt wel een sterk verschil met een aantal decennia geleden geconstateerd. “Overigens maakt het wel uit voor welke rederij je vaart en wat het werkgebied is”, aldus één van de aanwezigen. Uit het gesprek kwam naar voren dat internationaal gezien werknemersorganisaties steeds betere afspraken maken, maar dat bijvoorbeeld in de binnenvaart niet voldoende regels zijn om een goede positie voor de zeevarenden te garanderen. Voor de aanwezige varenden was het vertrek van het Zeemanshuis overigens een verrassing. Waarbij geconstateerd werd dat dit weer een aderlating is voor het centrum van Rotterdam als havenstad.

Bekijk de kandidaten en het verkiezingsprogramma van de PvdA Zuid-Holland voor de Provinciale Statenverkiezingen op 18 maart 2015.