1 maart 2017

Rotterdams Plan van de Arbeid

In een goed gevulde zaal De Unie kwamen gisteren tal van mensen bijeen om in debat te gaan over werken in Nederland en Rotterdam. Het gesprek met PvdA Tweede Kamerlid John Kerstens en de Rotterdamse Tweede Kamerkandidaat Richard Moti werd geleid door PvdA-gemeenteraadslid Carlos Gonçalves.

Het is dankzij de PvdA dat een kabinet het aandurfde om de flexibilisering van de arbeidsmarkt aan te pakken‘, zo beet Richard Moti het spits af. Op de vraag wat nu het verschil is tussen D66 en de PvdA  wat betreft de arbeidsmarkt, was John Kerstens duidelijk. ‘flexwerk is geen natuurverschijnsel. Flex is een keuze. Dat is het grote verschil van denken tussen de PvdA en D66. Daar komt bij dat, wanneer je vaste banen weer flexibel maakt, je werknemersrechten afbreekt. Dat wil D66, maar ook de VVD‘. Richard Moti viel hem bij door uit te leggen dat de angst voor vaste banen bij werkgevers helemaal niet gegrond is. ‘Het is in Nederland zelfs nog betrekkelijk eenvoudig om iemand te ontslaan die niet functioneert. Je kunt met functioneringsgesprekken een dossier opbouwen en 95% van de ontslagaanvragen bij het UWV zijn eigenlijk om bedrijfseconomische redenen. Het frame creëren dat vaste banen dramatisch uitpakken voor werkgevers is pure misleiding. We moeten elkaar ook bestaanszekerheid kunnen bieden in plaats van altijd in je achterhoofd bezig te hoeven zijn met je volgende baan‘.

Het tweede deel van het debat ging over de situatie in Rotterdam. 75.000 mensen staan in onze stad langs de kant, waarvan er 40.000 in de bijstand zitten. ‘Het stadsbestuur van Rotterdam zou zich bezig moeten houden met het aantrekken en behouden van werkgelegenheid. Nu, maar zeker in de toekomst staan ook banen bij banken en verzekeringsmaatschappijen op de tocht, omdat dat werk naar andere landen gaat of geautomatiseerd wordt‘ aldus Richard Moti. John Kerstens vulde hem aan ‘Ik zie het nu al gebeuren. Bij mijn laatste vakbondsactie stonden schilders en bankiers schouder aan schouder te demonstreren. Beiden zijn slachtoffer van een lonenrace naar de bodem, omdat de spelregels oneerlijk zijn. Wij zijn voorstander van gelijk werk moet gelijk loon opleveren, zodat er concurrentie is op basis van kwaliteit en niet op onderbetaling‘. Op de vraag hoe Rotterdam de toekomst moet trotseren waren beiden het eens. ‘Rotterdam moet de stoute schoenen aantrekken en een concreet, ambitieus en innoverend voorstel bij het Rijk neerleggen. Laten we beginnen met het schrijven van een Rotterdams Plan van de Arbeid!’.