“Urgent en gericht werken aan homoacceptatie in Rotterdam”
Vandaag publiceerde het Sociaal Cultureel Planbureau het onderzoek ‘De acceptatie van homoseksualiteit door etnische en religieuze groepen in Nederland’. Hieruit blijkt onder meer dan de homoacceptatie onder Turkse en Marokkaanse moslims en orthodox-protestantse groepen gering is. PvdA-raadslid Peggy Wijntuin (Emancipatie) stelt hierover vandaag vragen aan het stadsbestuur.
“De homoacceptatie onder Turkse en Marokkaanse moslims en orthodox-protestantse groepen blijkt gering. Onder niet-gelovigen en rooms-katholieken is de homoacceptatie veel groter: van de niet-gelovigen en rooms-katholieken geeft ongeveer 95% aan dat lesbiennes, homoseksuelen en biseksuelen hun leven moeten kunnen leiden zoals zij dat willen en een meerderheid onderschrijft gelijke rechten voor homoseksuele stellen en aanvaardt homoseksualiteit binnen het eigen gezin. Meer dan de helft van de moslims en ‘overig’ gereformeerden, dus gereformeerden buiten de Protestantse Kerk Nederland, geeft aan dat homoseksualiteit verkeerd is. Driekwart van de Turkse en Marokkaanse groep heeft problemen wanneer hun kind zou samenwonen met een partner van hetzelfde geslacht. De PvdA-fractie is geschrokken van de cijfers. Wat ons betreft moet er met veel urgentie en gericht worden gewerkt aan de homoacceptatie in deze kringen. Daarom heb ik het stadsbestuur gevraagd hoe men van plan is om in Rotterdam de homoacceptatie onder Turkse en Marokkaanse moslims en orthodox-protestanten te vergroten,” zegt Wijntuin.
“De PvdA ziet een belangrijke rol weggelegd voor rolmodellen die als ambassadeurs kunnen optreden binnen deze gemeenschappen,” zegt Wijntuin. “Ik zou graag zien dat het stadsbestuur hier snel mee aan de slag gaat. Volgens het COC gaan duizenden Marokkaans-Nederlandse en Turks-Nederlandse lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (LHBT’ers) zwaar gebukt ‘onder de loden last van gebrekkige acceptatie.’ Steun vanuit de overheid voor het groeiende aantal initiatieven uit deze kring is hard nodig, want Marokkaans-Nederlandse en Turks-Nederlandse LHBT’ers zijn zelf het best in staat om verandering teweeg te brengen. Vandaar dat ik het stadsbestuur gevraagd heb of men bereid is om het groeiende aantal initiatieven van deze groepen te steunen.”